‘In mijn moeders buik hoorde ik al muziek’
Een interview met Nikolay Dimitrov, winnaar van de Vriendenprijs 2019
door Willem Muste
De toen zeventienjarige Nikolay Dimitrov kreeg 27 juli bij de officiële afsluiting van het Peter de Grote Festival de prijs van de Vrienden van het PCC. Hij soleerde die week drie keer, met werken van Chopin en Debussy. Twee keer speelde hij in een kamermuziekensemble werken van de componisten Schnittke en Sjostakovitsj. Zijn pianospel maakte een verpletterende indruk op het publiek. Hier speelde een talentvolle, veelbelovende pianist. In september begon Nikolay aan het eerste jaar van het Prins Claus Conservatorium. Bij de opening van het hogeschooljaar op 2 september mocht ook hij een bijdrage leveren.
Nikolay is geboren en getogen in Bulgarije, in het aan de Roemeense grens gelegen stadje Ruse, ruim 200 kilometer ten noordoosten van de Bulgaarse hoofdstad Sofia. Zijn ouders zijn allebei journalist. ‘Toen ik nog niet geboren was ging ik al mee naar festivals. In mijn moeders buik hoorde ik al muziek.’
Links Nikolay, in het midden Paul Komen, artistiek leider van het Peter de Grote Festival en rechts Pieter Sijpersma, voorzitter van de Stichting Vrienden.
Zijn je ouders erg muzikaal?
‘Nee, helemaal niet. Mijn moeder speelde jaren geleden piano, maar niet professioneel. Ze hebben wel een brede culturele belangstelling.’
Hoe komt het dat jij nu al, vóór je bent begonnen met het Conservatorium, zo fantastisch speelt?
‘Ik ben heel jong begonnen. Toen ik nog maar 6 was, wist ik al dat het de piano moest zijn. Dat zei ik ook tegen mijn moeder. Het onderwijssysteem in Bulgarije is naar Russisch voorbeeld ingericht. Op school kreeg ik de kans al vanaf mijn zevende jaar veel te oefenen. Het is een speciale staatsschool voor getalenteerde kinderen en die leidt op tot een professionele carrière. De leraren daar zeiden dat ik talent had. Het was een zeer intense opleiding, een solide voorbereiding. Ik ben er heel blij mee. Het geeft me zekerheid. Er is misschien een sprankje hulp van God bij, maar het is vooral werken, werken, heel hard werken. Altijd jezelf willen verbeteren. De beroemde pianist Vladimir Asjkenazi begon ook op zijn zesde en heeft dezelfde opleiding gevolgd.’
Is er in Bulgarije belangstelling en waardering voor muziek?
‘Er is heel weinig aandacht voor cultuur. Het groeit wel iets, maar de prioriteit van de regering ligt elders. Mijn leraren zeiden dan ook dat ik naar het buitenland moest om me verder te ontwikkelen. Dat hoop ik hier te doen. Ik zoek naar een combinatie van West en Oost. Misschien kan ik daar later mijn land mee helpen.’
Waarom koos je voor Groningen, voor het Prins Claus Conservatorium?
‘Ik zocht naar een omgeving waar men een open mind heeft, waar veel mogelijkheden zijn. Groningen lijkt qua sfeer wel op Ruse, mijn eigen stad. Er zijn veel vriendelijke mensen. Dit is mijn eerste jaar hier. Ik ben vrienden geworden met zowel Bulgaarse als Nederlandse studenten. En ik heb een kamer in de Oosterpoortwijk, vlakbij de school. Dat is fijn, zo kan ik zes dagen per week oefenen.’
Hoe concentreer je je bij het spelen voor publiek?
‘Als ik daar zit voel ik de energie. Ik focus me op hoe het stuk begint. Ik wil iets vertellen, het publiek meenemen. Ik voel de sfeer.’
Heb je voorkeur voor bepaalde muziek, bepaalde componisten?
‘Ik hou eigenlijk van alles. Maar vooral van Russische en Franse muziek. Van componisten als Prokofiev, Saint-Saëns, Debussy, Ravel, Fauré. Maar ook Bach natuurlijk. Als ik tijd heb, ga ik graag naar concerten hier in de Oosterpoort. Bijvoorbeeld de vierde symfonie van Mahler of de suites van Grieg. Ik vind het belangrijk om te luisteren naar wat anderen doen, naar concerten te luisteren en te kijken en jezelf zo te verrijken. Dat doe ik liever dan naar feestjes gaan. Ik ben tamelijk introvert. Eventjes tussendoor gamen, daar heb ik wel genoeg aan. Ik wil graag deelnemen aan de grote internationale competities, bijvoorbeeld de Chopin Competitie. Een Bulgaarse vriend won de meest recente editie van het Ferruccio Busoni Pianoconcours in Bolzano, terwijl hij nog maar 20 is. Het winnen van deze competitie betekende het begin van de carrière van de wereldberoemde Martha Argerich.’ (Buenos Aires, 1941, WM).
Componeer je zelf ook muziek?
‘Ja, op m’n dertiende deed ik daar al pogingen toe, op m’n veertiende kon ik kleine stukken componeren. Ik ben nu 18 en vorig jaar ben ik begonnen met serieus componeren. Dat helpt me om nog beter te worden; om mijn gevoelens uit te drukken in muziek. Het is de job van musici om mensen gelukkig te maken. Vanaf mijn negende ben ik trouwens ook al met jazz bezig.’
Wow, tell me all about it!
‘Ik begon op de piano te experimenteren. Vanaf mijn dertiende werd het improviseren serieuzer. We speelden op school een keer ‘Hit the Road Jack’. Toen voelde ik dat ik talent heb voor improvisatie en jazz; swing zit in mijn bloed. Ik werd verliefd op jazz, het geeft me meer dan bij klassieke muziek de vrijheid mijn gevoel uit te drukken. Er zijn geen dogma’s, geen stereotypes, geen fouten. Je moet met je improvisatie overtuigen. Jazz verrijkt mijn kennis van harmonie en mijn sensitiviteit voor muziek, voor kleur en de kracht van compositie en muziek in het algemeen. ‘Toen ik veertien was speelde ik in een jazztrio op verschillende jazzfestivals. Na een jaar ging ieder zijn eigen weg, maar ik ben jazz blijven spelen. Ik leer steeds beter improviseren. Jazz is niet alleen emotioneel, maar ook behoorlijk intellectueel. Ik heb een zwak voor harmonie en kleur en ik ben gek op de intellectuele kant. Ik ben intuïtief met jazz begonnen, ook met het componeren van jazz tunes. Ik hoop een band te vinden waarmee ik mijn composities kan uitvoeren en misschien wel een album kan opnemen. Waarom niet?’
Hoe was het om bij de prijswinnaars van het Peter de Grote festival te horen?
‘Het was een fantastische week. We hadden iedere dag een andere leraar. Ze gaven elk weer andere aanwijzingen, met veel oog voor de details. Die week in de Nieuwe Kerk spelen en op het podium staan voelde heel fijn. Het prijzengeld helpt me zeker door het eerste en tweede jaar. Ik kom uit een arm land. De inkomsten van mijn ouders zijn instabiel. Ze zijn afhankelijk van opdrachten die ze krijgen. Soms hebben ze weken niks. Daarom ben ik heel dankbaar voor de prijs.’
De passie waarmee je speelt doet me denken aan Vladimir Horowitz.
‘Wat een compliment. Horowitz is voor mij een zeer groot voorbeeld. Hij was een genie.’